Een pleidooi tegen de geweldloosheid binnen activisme

We horen het keer op keer: “met geweld bereik je niks”, “geweld gebruiken lokt alleen maar meer geweld uit”.

Het zijn kreten die we na elke, enigszins radicale, demonstratie horen. Het zijn kreten die we hoorden na de rellen in de VS die volgden op de racistische moord op George Floyd. We horen het na het in de fik steken van politieauto’s, na confrontaties met de buitengewoon agressieve ME en na elke demonstratie die niet braaf de vooraf afgesproken route loopt. We horen het zelfs als de mensen zelf besluiten het woningtekort op te lossen door leegstaande panden te kraken.

In de geschiedenis echter is een bepaalde tendens te zien. Elke keer dat arbeiders staken, rellen of anderszins ongehoorzaam zijn aan haar bazen, reageert de staat met een tweeluik aan middelen. Aan de ene kant, ironisch genoeg, met veel geweld. Zij zetten waterkanonnen, opgefokte ME agenten en de daarbij horende wapenstokken in om deze demonstraties uit elkaar te slaan. Zij breken stakingen met grof geweld, en onderwerpen mensen aan het geweld van hun gevangenissysteem als die mensen enigszins uit de pas lopen. Aan de andere kant echter voeren zij vaak ook veranderingen door. Er is ding waar bazen bovenal bang voor zijn, en dat is om hun zuurverdiende macht en hun gestolen kapitaal te verliezen. Men kan demonstraties uit elkaar slaan, en de staat kan iedereen opsluiten die hieraan deelnam, maar als er niks verandert, staat de straat binnen de kortste keren weer vol.

Een mooi voorbeeld hiervan is het Palingoproer. In 1886 werd er in de Jordaan, een volkswijk in Amsterdam, een volksfeest gepland waarbij men zou gaan palingtrekken. De politie verbood dit echter. Toen de politie in wilde grijpen keerde de menigte zich tegen hen. Pas ’s avonds, toen iedereen naar huis ging, keerde de rust weder. De dag erop vochten demonstranten opnieuw met de politie. Een woedende menigte viel het politiebureau aan. Hierop schakelde de politie het leger in. Nu vochten  straatarme demonstranten tegen zowel leger als politie. Uiteindelijk schoten soldaten en agenten 25 mensen dood, en raakten vele mensen bij de gevechten gewond. Het is een voorbeeld van staatsgeweld, maar wat nog veel interessanter is, is dat er hierna verschillende sociale wetten doorgevoerd zijn.

De oorzaak van deze rel was niet het verbieden van het palingtrekken. Dat was slechts de vonk die het kruitvat deed ontploffen. De oorzaak was het feit dat de Jordaan een ontzettend arme wijk was die al jaren kampte met sociale discriminatie en honger. Toen de politie het palingtrekken verbood liep de emmer over en kwam alle sociale onvrede tot een hoogtepunt.

Het doorvoeren van wetten die het leven iets beter maken is bedoeld om te voorkomen dat er zoiets opnieuw gebeurt. Het kapitalisme is continu bezig om te kijken hoe ver zij mensen de armoede in kan duwen zonder dat zij haar eigen ondergang bewerkstelligt. De mensen moeten bezig zijn met waar ze hun eten vandaan halen, hoe ze het gaan halen tot hun volgende salaris. De mensen moeten niet bezig zijn met wáárom zij zich daar zo druk om moeten maken.

Dit tweeluik aan acties en de daarop volgende sociale verandering toont aan waarom geweld nooit vooraf afgeschreven mag worden als iets contraproductiefs. Geweld is soms nodig om de druk op de heersende klasse dusdanig op te voeren dat er veranderingen plaatsvinden.

Geweldloosheid binnen activisme is ook een kwestie van privilege. De mensen die het zich kunnen veroorloven om zich volledig geweldloos op te stellen zijn doorgaans mensen die zich niet voor kunnen stellen dat er ontzettend veel fouten zijn binnen het kapitalisme die voortkomen uit bijvoorbeeld kolonialisme of racisme. De mensen die daar vaak slachtoffer van zijn, hebben nauwelijks een stem binnen onze maatschappij, juist door dat genoemde racisme! Zoals ik eerder genoemd heb is het belangrijk om druk uit te kunnen oefenen zodat de heersende klasse zich genoodzaakt ziet om veranderingen door te voeren. Dit kunnen mensen zonder stem niet of ontzettend lastig. Een mooie quote hierover komt van Arundathi Roy. Zij vraagt zich af “can the hungry go on hunger strike? Non-violence is a piece of theatre, you need an audience”  Als men er dan voor kiest om geweld te gebruiken, is de kans dat zij in het nieuws komen met hun actie of op de agenda van de regering vele malen groter. Dit helpt ze dan weer om hun stem te vinden.

Dan is er nog het, net al kort genoemde, staatsgeweld. We leven in een samenleving waarin de staat bijna al het geweld mag gebruiken wat ze wil en ermee wegkomt. Dat toonde de eveneens racistische moord op Sammy Baker wel aan. Er was geen geweld nodig, en toch gebruikte de politie dat. De agenten worden niet vervolgd omdat zij wapens van de staat zijn. Wat geeft die staat, die zelf nog het meest gewelddadig van alle is, het recht om ons te vertellen dat we geen geweld mogen gebruiken? Wat geeft de kapitalisten, die ervoor zorgen dat we hongerig naar bed gaan, het recht om te zeggen dat wij geen geweld mogen gebruiken?

Nu, wil ik zeggen dat men bij elk ongemak maar bommen moet gaan gooien? Nee, nadrukkelijk niet. Geweld binnen de beweging moet een doel dienen. Het moet ervoor zorgen dat de beweging vooruit komt. Geweld op zichzelf kán iets contraproductiefs zijn. Als men te pas en te onpas geweld gebruikt en dat uit naam van allerlei groepen of tegen arbeiders, de mensen voor wie we vechten, doen, kan dat ontzettend schadelijk zijn voor mensen en de beweging. Alles wat ik stel, is dat geweld afwijzen zinloos en zelfs schadelijk is. Als men na elke gewelddadig demonstratie zegt “maar ze gebruikten geweld, dus dan ben ik het er per definitie niet mee eens” of, een favoriet van rechts “als je geweld moet gebruiken om je punt te maken, kan het geen goed punt zijn” dan breng je de beweging schade toe en je vergeet dat er onder de uitspattingen van geweld ontzettend veel frustratie en boosheid schuilt. Frustratie en boosheid die elk denkend mens voelt in deze maatschappij, in welke vorm dan ook.

In een ideale samenleving zou men voor sociale veranderingen niet hoeven te smeken aan een overheid om hen tegemoet te komen in hun eisen. In de ideale samenleving zou men de zeggenschap zelf hebben. Echter, deze samenleving bestaat op dit moment niet, en al helemaal niet in Nederland. Daarom kan geweld noodzakelijk zijn voor sociale bewegingen.

kraai.